Diabetici hebben lagere status vitamine C

Een steekproef in Nieuw-Zeeland levert nieuwe aanwijzingen dat diabetici en deelnemers met prediabetes een lagere vitamine C-status hebben. De vitamine C-status stond in sterke verhouding met de mate van metabole ontregeling, wat betekent dat het een metabool gevolg is, en niet zozeer omdat deelnemers obees waren. Bovendien was de vitamine C-inname niet significant anders dan die van de gezonde deelnemers.

Obese personen hebben meer weefsel, dus ging men ervan uit dat ze daarom minder vitamine C in het bloed hebben, het zogeheten verdunningseffect. Deze onderzoekers hebben een 'hoogsignificante correlatie' gevonden tussen vitamine C-status en metabole ontregeling. Als maat voor die ontregeling gebruikten ze de Metabolic Syndrome Severity-score waarin de waarden voor lichaamsgewicht, bloeddruk, glucosespiegel, HDL en triglyceriden verwerkt zijn.

Gemiddeld namen de diabetici meer vitamine C in, al was het verschil niet significant: 39 mg versus 48 mg in de controlegroep. Aan de eetgewoonten kan het dus niet liggen. Bij 45% van hen werd een vitamine C-uitscheiding waargenomen die overeenkomt met een hypovitaminose.

De sterkste associatie was er tussen vitamine C-status en vetvrije massa. Tussen vitamine C en C-reactief proteïne (ontstekingsmarker) was er geen correlatie, hoewel de onderzoekers dat wel verwacht hadden.

Dit, samen met andere observaties, duidt erop dat diabeteci een vitamine C-behoefte hebben die anderhalf keer hoger is dan die van gezonde mensen.

Verschenen in de nieuwsbrief van